Montage aan de wand | Aansluiten van luchtkanalen | Aansluiting van condensafvoer |
Tijdens het monteren van de luchtkanalen moet er rekening gehouden worden met de volgende aspecten:
- Monteer een geluidsdemper van minimaal 1 meter op zowel toevoer als retour. Het buigen van de geluiddemper dient voorkomen te worden in verband met weerstandtoename.
- Voor advies hierover kan contact opgenomen worden met Zehnder.
- Monteer de aan te sluiten luchtkanalen, minimaal ø150 mm, met zo min mogelijk luchtweerstand en vrij van lekkage.
- Bij gebruik van flexibele kanalen uitsluitend de kanaalsystemen van Zehnder gebruiken. Ieder ander flexibele kanaal zal de basiswerking van het ventilatiesysteem teniet doen.
- Wij adviseren het ventilatiesysteem te voorzien van een motorloze wasemkap en toe- en afvoerventielen van Zehnder.
- Isoleer het buitenluchttoevoerkanaal en het luchtafvoerkanaal tussen de dak-/geveldoorvoer en de WHR dampdicht. Hiermee wordt condensvorming aan de buitenzijde van de kanalen voorkomen.
- Installeer het luchtafvoerkanaal afwaterend naar de WHR.
- Het luchtafvoerkanaal moet voorzien worden van een dubbelwandige of geïsoleerde dakdoorvoer. Hiermee wordt condensvorming tussen het dakbeschot voorkomen. Het luchtafvoerkanaal moet verder afwaterend naar de WHR worden geïnstalleerd.